Radiocommentaar Sebastiaan Timmerman vol enthousiasme en sfeer

Nietsvermoedend zat Sebastiaan Timmerman, sportverslaggever bij de NOS, een paar weken geleden op zijn hotelkamer in Oranjewoud. Hij zou inbellen naar het radioprogramma ‘Langs de Lijn’ om verslag te doen van de eerste dag van de wereldbekerwedstrijd schaatsen in Heerenveen. Opeens werd hij live op de radio verrast met de Theo Koomen Award, de prijs voor het beste sportverslag van 2018.




“Ik hoorde ineens keihard geklop op de deur, dus ik vond het al gek. Half 8 ’s avonds is niet echt het moment dat er een schoonmaker langskomt. Inmiddels was ik net aangekondigd in ‘Langs de Lijn’ en presentator Tom van ‘t Hek riep ook al; ‘Ha, doe maar open!’. Dus ik deed die deur open en daar stond Bert Kranenbarg, die op dat moment ook live was. Ik was opeens in twee uitzendingen tegelijk. Maar ik ken de prijs, en toen ik Bert zag met die microfoon, wist ik wel hoe laat het was”, lacht Sebastiaan. Een paar dagen nadat hij de prijs in ontvangst heeft mogen nemen is hij nog steeds een beetje beduusd. “In dit vak zijn er niet zoveel prijzen, dus het is ontzettend eervol.” Hij ontvangt de award voor een verslag van de gouden race van Esmee Visser tijdens de Olympische Spelen in Pyeongchang.

Loopbaan

Sebastiaan begon zijn carrière tijdens zijn tweede jaar aan de School voor Journalistiek in Utrecht bij het Rotterdams Dagblad. “Ik leerde toen via de wielerclub waar ik lid van ben iemand kennen die daar werkte, en toen ben ik begonnen met schrijven. Rotterdam is een behoorlijk sportgekke regio, er zijn veel verenigingen. Elk weekend stond ik langs de lijn bij een andere lokale sportwedstrijd. Daar leerde ik veel mensen kennen van verschillende regionale omroepen. Toen ben ik eind ’96 bij Radio Flakkee een aantal dingen gaan doen en daar ben ik er heel erg snel achter gekomen dat ik radio maken toch een stuk leuker vind dan schrijven. Dus toen ben ik me daar veel meer op gaan richten.”

Volgens Sebastiaan was de interesse voor sport er eigenlijk altijd al. Tegenwoordig doet hij verslag van schaatsen, wielrennen en motorsport. Toch geeft hij de voorkeur aan de wielersport; “ik heb het meeste met wielrennen omdat ik dat vroeger zelf ook heb gedaan.” Inmiddels zit hij al een paar jaar elke zomer op de plek waar Theo Koomen beroemd is geworden: achterop de motor in de Tour de France om radioverslag te doen. “Het is ontzettend bijzonder dat ik nu op die plek mag zitten. De Tour is voor mij echt het hoogtepunt van het jaar. Maar eigenlijk vind ik de afwisseling het allerleukste; van het wielrennen in de zomer naar het schaatsen in de winter. Het schaatsen is vooral een hele kleine wereld, dus dat ben ik meestal in februari of maart ook wel zat. Of nouja, zat. Dan is het in ieder geval wel weer genoeg geweest”, zegt Sebastiaan lachend. “Het leuke is dat ik op een zaterdagmiddag naar een schaatsmarathon ga en zondag in de studio in Hilversum zit om het veldrijden van commentaar te voorzien.”

Anonimiteit 

In het juryrapport wordt Sebastiaan dan ook geprezen voor zijn enthousiasme en veelzijdigheid. “Dat vond ik heel erg waardevol. In het radio vak zijn er niet zoveel prijzen en zoveel response krijg ik van de luisteraars ook niet. Maar dat is eigenlijk ook wel een beetje het voordeel van radio; het is net iets anoniemer dan televisie. Het was behoorlijk wennen voor mij om zo in de spotlights te staan de afgelopen paar dagen. Het lijkt me niet makkelijk om overal waar je komt aangesproken te worden, zoals bijvoorbeeld Mart Smeets of Dione de Graaff. Als ik met hen ergens binnenloop zijn gelijk alle blikken op hen gericht. De radio-anonimiteit vind ik dus helemaal prima. Bovendien is het natuurlijk gewoon een mooi medium, mijn hart ligt echt bij de radio.”

Toch heeft het werk als radioverslaggever ook wel zijn nadelen, het kan redelijk eenzaam worden bij tijd en wijle. “Doordeweeks ben ik minimaal een dag alleen bezig om me voor te bereiden. Wel ga ik altijd een keer per week naar Hilversum, om binding te houden. Maar op het moment dat ik ergens ben en het evenement afgelopen is, dan verbreek ik de verbinding, klap ik mijn laptopje dicht en ruim ik m’n spullen op. Dan ga ik naar huis en is het op naar het volgende evenement.”

Sfeer 

In zijn verslag probeert Sebastiaan vooral de sfeer te betrekken. Radio moet volgens hem pakkend zijn en leuk om naar te luisteren. “Ik probeer eigenlijk altijd een mix van informatie en leuke wetenswaardigheden te vertellen, ook dingen die niks met de wedstrijd te maken hebben. Als er bijvoorbeeld een vrouw in een knalroze jurk op de tribune staat die net op dat moment uitglijdt.” En als er niks gebeurt in de wedstrijd is dat volgens Sebastiaan ook een verhaal. “Dan is het mijn taak om dat te vertellen en dat mag ook best eerlijk benoemd worden.”

Voor zulke situaties houdt hij een archief bij, waarin hij feitjes over de sporters verzamelt. Maar soms kan het zo spannend worden dat hij hier helemaal niet aan toe komt: “Voordat de Spelen vorig jaar begonnen heb ik op een winteravond urenlang aan mijn keukentafel gezeten om uit te zoeken hoeveel officiële vijf kilometers Sven Kramer al in zijn leven had gereden. Ik kwam er uiteindelijk na urenlang speuren achter dat het Olympisch kwalificatietoernooi zijn honderdste zou zijn, waarvan hij er maar drie of vier niet had gewonnen. Dat is echt heel erg weinig. Ik had dat dus helemaal voorbereid, maar tijdens de wedstrijd zelf ben ik het vergeten te zeggen. Ik reed aan het einde van de dag terug naar mijn hotel en ik denk: ‘Shit! Heb ik daar aan mijn keukentafel een hele avond zitten zwoegen en vergeet ik het op het moment suprême te vertellen!’ Dat was echt wel even balen.” Maar nu kan Sebastiaan er wel om lachen; “Ach, dan noem ik het toch een andere keer”.

 

Luister hier het winnende verslag. 

 

Tekst: Tessa Burger

Beeld: Sebastiaan Timmerman 

 

 

 

 

Advertentie